Creatieve ruimte voor de uitvinder

Mogen kinderen nog creatief zijn? Wie mijn artikel “Unschooling; de weg naar echte creativiteit” heeft gelezen, kan mijn antwoord op die vraag wel raden.

Wij hebben als opvoeders vaak een veel te beperkt idee bij creativiteit. Het gevolg is dat dat veel mensen volmondig ja zullen zeggen op de vraag hierboven maar ondertussen het zeer moeilijk maken voor kinderen om creativiteit te ontwikkelen.

Linkerbrein versus het rechterbrein

Je hebt vast wel eens gehoord van de termen linkerbrein en rechterbrein. Nu werken er bijna altijd meerdere delen van de hersenen samen en die zitten vrijwel nooit allemaal netjes aan de linker- of de rechterkant. Je linker- en je rechterbrein werken dus niet los van elkaar. Maar ze hebben wel allebei hun eigen sterke kanten. Als er gezegd wordt dat iets een eigenschap is van het linkerbrein dan wil dat dus meestal niet zeggen dat rechts niet meedoet, maar meer dat links op dat moment de leiding heeft. Aan die linkerkant zitten veel zaken zoals logisch nadenken, taal en weten. Zaken waar scholen vaak op gericht zijn. Maar kinderen, en zeker deze nieuwe generatie, leunen vaak sterk op het rechterbrein. Die zijn veel meer nieuwsgierig en intuïtief. Voor leerkrachten en coaches is het goed om te beseffen dat de ingang bij veel kinderen het rechterbrein is. Ook als je het linkerdeel wilt stimuleren.

En die creativiteit, waar zit die dan? Het wordt vaak genoemd als eigenschap van het rechterbrein. Maar echte creativiteit laat zich natuurlijk niet in een hokje (of hersenhelft) stoppen. Je gedachten de vrije ruimte geven, verbanden leggen die je eerder niet zag, op een andere manier over dingen nadenken; dat is pure creativiteit.

Knutseluurtje

In de praktijk wordt creatief bezig zijn nogal eens verward met kunstzinnig bezig zijn. Knutselen en muziek maken bijvoorbeeld. Dat is al een best beperkt beeld. Je kunt immers ook creatief zijn met cijfers, met oplossingen bedenken of met techniek. Om maar wat dingen te noemen. Maar het wordt nog erger als je bedenkt dat bij dat knutselen vaak heel weinig input van het kind gevraagd wordt, zeker op scholen. Met zijn allen eenzelfde schaapje beplakken met wol heeft echt niets meer met creativiteit te maken.

 

Een stap achteruit

Creativiteit stimuleer je als leerkracht of opvoeder nog het beste door eens een stapje naar achteren te doen. Laat het kind zelf maar bedenken wat het nu gaat doen of hoe het iets gaat oplossen of bij wie het het beste om hulp kan vragen. Dat is gelijk ook heel goed voor de zelfredzaamheid, want zo leren ze om zelf te bedenken wat de volgende stap moet zijn. Het kind krijgt meer en meer vertrouwen in zijn eigen vermogens en weet dat het zich gaat redden. Laat kinderen eerst zelf laten nadenken over mogelijke oorzaken of oplossingen voordat je het ‘juiste’ antwoord geeft. Laat kinderen meedenken over hoe ze kunnen leren, wat ze willen leren en van wie ze dat kunnen leren.

Van wie ja, want iedereen kan een leraar zijn op een gebied waar hij of zij goed in is. Een leraar economie heeft zijn diploma gehaald door dingen van buiten te leren maar die is nog niet per se een goede ondernemer. Maar als dat de interesse van het kind is kan juist een ondernemer dat kind motiveren om goed op te letten bij economie. Het is heel belangrijk om de ‘details’ die je op school leert te koppelen aan het grote geheel en dat tastbaar te maken.

De uitvinder

In ieder kind zit een scheppingskracht, een uitvinder. En die uitvinder heeft verrassend weinig nodig behalve ruimte om zijn gang te kunnen gaan. Dat uitvinden begint bij een probleem waar een oplossing voor moet komen. Nu zijn er talloze vraagstukken waar de uitvinder (groot of klein) zich over zou kunnen buigen. Hoe gaat dit verhaal aflopen? Hoe kunnen we ons urenlang in de natuur vermaken zonder speelgoed? Hoe kunnen we dit project het beste aanpakken? Hoe lossen we het klimaatprobleem op? Alleen, als volwassenen zijn we het niet gewend om kinderen te vragen wat zij denken of hoe zij iets zouden oplossen. Zelfs niet als het om henzelf gaat. Kinderen staan vaak onderin allerlei hiërarchieën. Niet echt een plek waar het uitvindersbrein zich goed kan ontwikkelen.

We moeten dus als volwassenen kinderen veel meer betrekken en daarbij niet te veel oordelen vanuit ons linkerbrein. Jouw rationele analyse als opvoeder of onderwijzer heeft misschien al een duidelijk stappenplan opgeleverd, maar het is niet dat kinderen daarom maar jouw manier moeten volgen. Misschien start het kind wel vanuit het rechterbrein en denkt het; ‘laat mij in de ervaring gaan dan ga ik het wel zien’. Of wellicht start het zelfs vanuit het kwantumbrein, dat boven je linker- en rechterbrein uitstijgt en zich laat leiden door het universum. Als je echt de tijd neemt om te luisteren en niet gelijk probeert ‘bij te sturen’ zul je zien dat kinderen met de meest uiteenlopende oplossingen komen, waar je zelf soms nog helemaal niet aan gedacht had.

Op zoek

Als je vertrekt vanuit het niet weten dan laat je het kind mee zoeken. En in die zoektocht is er ineens ruimte voor het unieke van het kind. Dan kan het zijn of haar eigen perspectief ontwikkelen en zichzelf ontdekken. Het is ook in dat proces dat je leert om origineel en authentiek te zijn. En daarvoor heb je volwassenen nodig die je ruimte geven om te experimenteren en te ontdekken. Volwassenen die durven loslaten.

Ouders hebben soms angst dat als ze een kind te veel los laten dat het dan ook vanzelf losgeslagen zijn zal. Maar het tegenovergestelde is vaak waar. Een tuinplant die gelijk een slokje water krijgt zodra de grond iets droger aanvoelt zal nooit diep wortelen. Maar een plant die zelf op zoek moet naar water in de bodem zal juist hele brede en diepe wortels krijgen. Kinderen die de kans krijgen om te ontdekken wie zij zelf zijn (en opgroeien in een liefdevolle thuissituatie) zullen later juist steviger in het leven staan. En dan durft het anders te zijn, omdat het weet dat het niet zomaar om zal waaien. Dus door creativiteit te stimuleren kweek je zelfvertrouwen, wat weer een basis is voor meer creativiteit. Je eigen pad durven volgen juist omdat je stevig in de grond staat.

Dus mogen kinderen nog creatief zijn? Ik hoop het met heel mijn hart.

Ik groet de meest creatieve kracht in jou,

Eva Storm